Wat is het verschil tussen toevoegmateriaal en lasmetaal?

Wat is het verschil tussen toevoegmateriaal en lasmetaal?

Een informatieve leidraad voor toevoegmateriaal en lasmetaal

Het is niet ongebruikelijk dat nieuwe lassers niet het verschil weten tussen lastoevoegmateriaal en lasmetaal. Dit artikel beschrijft de verschillen tussen toevoegmateriaal en lasmetaal.

Toevoegmateriaal

Toevoegmaterialen worden gebruikt om de ruimte tussen twee nauwsluitende materialen te vullen tijdens het lassen, solderen of hardsolderen. Deze legeringen of ongelegeerde metalen smelten bij verhitting en stromen dan in de openingen tussen twee nauwsluitende materialen waardoor een gelaste, gesoldeerde of hardgesoldeerde verbinding ontstaat. Toevoegmaterialen hebben een bepaald smeltpunt en stromingseigenschappen zodat ze zich door de capillaire werking in de voorbereide verbindingen verspreiden.

Verbindingen die met toevoegmaterialen zijn gemaakt, voldoen aan servicevereisten zoals corrosie, sterkte en weerstand. Ze voldoen ook aan bijna alle specificaties van de American Society for Testing Materials (ASTM), de American Welding Society (AWS) en ISO-normen.

Tot de standaard toevoegmaterialen behoren zilver, tin, loodvrij, lood, cadmiumvrij, nikkel, koper, aluminium en goud. Toevoegmaterialen zijn verkrijgbaar als een pasta en in vaste vorm (zoals slakken, poeder, schijven, draad en ringen). Toevoegmaterialen worden eerst verneveld tot poedervorm en vervolgens gemengd met flux tot een pastasamenstelling.

Hoe wordt toevoegmateriaal toegevoegd?

Tijdens het lasproces wordt een toevoegmateriaal vanaf een elektrode aan de te lassen verbinding toegevoegd. Het toevoegmateriaal smelt af tijdens het lasproces (MIG/MAG-lassen (GMAW), booglassen met beklede elektrode (SMAW), lassen met gevulde lasdraad (FCAW) of booglassen met beklede elektrode (SMAW)). Toevoegmateriaal kan ook aan de verbinding worden toegevoegd als een eenvoudige vuldraad die niet elektrisch is aangesloten bij plasmabooglassen (PAW) en TIG-lassen (GTAW).

Tijdens het lasproces smelt de warmte die door de elektrische boog wordt gegenereerd het toevoegmateriaal en het oppervlak van het basismetaal. De gesmolten materialen vormen samen een lasbad dat bij afkoeling en stolling een lasverbinding vormt. Door toevoeging van gesmolten metaal uit het basismateriaal verandert dus de chemische samenstelling van het toevoegmateriaal.

Opmerking: Het metaal of de legering die wordt gelast, gesoldeerd, hardgesoldeerd of gesneden, noemen we het basismetaal.

Lasmetaal

Lasmetaal is het materiaal in de gelaste verbinding dat tijdens het lasproces is gesmolten en vervolgens opnieuw is uitgehard. Het is meestal een mengsel van het moedermetaal en het gebruikte toevoegmateriaal, en eventuele toevoegingen van de flux in toevoegmaterialen.

Bij sommige lasprocessen (laserlassen, autogeen booglassen, weerstandslassen en elektronenstraallassen), waarbij geen toevoegmateriaal aan het lasbad wordt toegevoegd, heeft het lasmetaal dezelfde samenstelling en kenmerken als het basis-/moedermetaal.

Bij andere lasprocessen waarbij geen toevoegmateriaal wordt gebruikt (laserlassen, autogeen booglassen, weerstandslassen en elektronenstraallassen) heeft het lasmetaal dezelfde chemische samenstelling en kenmerken als het basis-/moedermetaal. Wanneer echter een toevoegmateriaal aan het lasbad wordt toegevoegd, heeft het lasmetaal een andere samenstelling en kenmerken dan het basis-/moedermetaal. Het lasbad heeft dan meestal de kenmerken van zowel het toevoegmateriaal als het basis-/moedermetaal.

Het uitgeharde lasmetaal bezit mechanische en chemische eigenschappen van het basismetaal en toevoegmateriaal (elektrode).

De samenstelling van het uiteindelijke lasmetaal hangt af van:

  • de samenstelling van het basismetaal
  • de samenstelling van het toevoegmateriaal
  • de chemische reactie tussen het lasmetaal, het beschermgas of de flux

ESAB biedt een breed scala aan toevoegmaterialen waaruit u kunt kiezen, afgestemd op uw toepassing en lastechniek.